Terug naar overzicht

Bijtelling alleen voor ondernemers beperkt tot werkelijke kosten

Geplaatst op 05 augustus 2016

Alleen voor ondernemers geldt dat de bijtelling voor privégebruik beperkt is tot de werkelijke autokosten. Directeuren-aandeelhouders hebben die mogelijkheid niet. Zij hebben echter wel een andere mogelijkheid.

In twee nieuwe uitspraken van het Gerechtshof in Amsterdam ging het om de bijtelling voor privégebruik van auto’s die naar het oordeel van de rechter ter beschikking waren gesteld aan de directeur-aandeelhouder (DGA) van een B.V.
Deze DGA beriep zich erop dat de bijtelling op elk van deze auto’s maximaal het bedrag van de daadwerkelijk gemaakte autokosten zou moeten bedragen. Zo’n regeling is er inderdaad, maar dat geldt alleen voor ondernemers in de zin van de inkomstenbelasting. Denk bijvoorbeeld aan ondernemers met een eenmanszaak of aan zelfstandige professionals.

Het Gerechtshof verwees voor zijn oordeel naar een arrest van de Hoge Raad uit 1993. Daarin oordeelde de Hoge Raad dat ondernemers en werknemers niet op één lijn zijn te stellen: “De beide situaties verschillen zozeer dat geen sprake is van gevallen die de wetgever gelijk zou moeten behandelen”.

Anders dan ondernemers hebben DGA’s echter wel de mogelijkheid om een auto waarvan de bijtelling hoger is dan de werkelijke kosten naar privé over te brengen. Ondernemers kunnen dat alleen in uitzonderingsgevallen, maar een DGA is daar vrij in. Na die overbrenging geldt de bijtelling niet meer, en kunnen de zakelijke ritten tegen 19 eurocent per kilometer gedeclareerd worden bij de eigen B.V.

Bron: Auto & Fiscus
Om deze website goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Bekijk ons cookiebeleid. Instellingen Accepteren