Raam in dakrand toch geen zijruit
Bestelauto’s mogen in de meeste gevallen voor de BPM- en MRB-wetgeving geen zijruit hebben. Maar hoe zit dat dan met een ruitje in de dakrand?
Zo’n kwestie kwam onlangs aan de orde bij de belastingrechter. Het ging om een Land Rover Defender met ‘grijs kenteken inrichting’. Dat is voordelig omdat dan de ondernemersvrijstelling van de BPM en het lage MRB-tarief kan gelden.
Deze auto had een dakconstructie met een afronding aan beide kanten van de auto. In die schuine afronding van de dakconstructie bevond zich aan beide zijden een circa 15 centimeter hoog, langgerekt, schuin raampje.
De belastingdienst merkte deze ramen aan als zijramen. Gevolg was een fiscale naheffing omdat de auto volgens de belastingdienst niet aan de zg. inrichtingseisen voldeed. Fiscaal wordt het dan een personenauto met BPM-heffing en hoog MRB-tarief als gevolg.
De rechter oordeelde echter anders: “Gelet op de vorm en plaats van de raampje, is de rechtbank van oordeel dat niet gezegd kan worden dat zich aan de linkerkant van de laadruimte een zijruit bevindt. Er is geen sprake van een in de zijwand geplaatst raam. Door het van de dakconstructie deel uitmakende raampje kan voorts noch door de bestuurder, noch door de bijrijder, opzij naar buiten worden gekeken”.
De rechtbank woog ook mee dat de blinderingseis is ingesteld om het particuliere gebruik van bestelauto's terug te dringen. Door de 'blinderingseis' wilde de wetgever een duidelijk visueel onderscheid te maken tussen een normale personenauto en een grijs kenteken. Deze auto is visueel duidelijk te onderscheiden van een normale personenauto, nu er vanuit de laadruimte geen enkel zicht door een ruit naar links is. De naheffing ging hiermee van tafel.